Het hoofdbestanddeel van urine is water. Daarin opgelost zitten afvalstoffen die je lichaam via je nieren uitscheidt, waaronder urobiline, een afbraakproduct van hemoglobine (het zuurstoftransporterende eiwit uit rode bloedcellen). Dit afbraakproduct zorgt voor de gele kleur van je plas.
De hoeveelheid afvalstoffen dat je lichaam afvoert is vrij constant, maar de hoeveelheid vocht is dat niet. Hierdoor is je urine soms geel en soms meer wit. Dit komt dus door de hoeveelheid vocht die je gedronken hebt.
Je urine kan ook nog andere kleuren hebben. Het kan bijvoorbeeld fluoresceren geelgroen worden als je veel vitamine B binnen krijgt. Wortels en vitamine C kunnen je urine juist weer een oranje kleur geven, terwijl bieten, rabarber en bramen je urine een rood of roze kleur geven.
Zie ook: Is urine drinken gezond?
Bron: Quest 03/2013